Voor de 34ste week van je zwangerschap vind het intakegesprek plaats. Wij komen hiervoor naar je toe en we maken uitgebreid kennis met elkaar.
Tijdens dit gesprek wordt alle belangrijke informatie met je doorgenomen. We vertellen wat je van ons kunt verwachten en horen graag jouw wensen en bijzonderheden die van belang zijn in de kraamweek. Zo leren we elkaar beter kennen waardoor we na de geboorte van jullie kindje er optimaal voor jullie kunnen zijn.

Tijdens de intake wordt ook aandacht geschonken aan de Arbo-wet.  In het kader van de Arbo-wet dient de werkomgeving van de kraamverzorgende aan bepaalde eisen te voldoen. Op deze manier is het werk voor een kraamverzorgende minder belastend en kan zij in alle kraamgezinnen goede zorg blijven bieden. Het kraamgezin is verplicht invulling te geven aan de gestelde eisen.

Hieronder een overzicht van de belangrijkste regels die de Arbo-wet stelt aan de werkomgeving van de kraamverzorgende.

• Het is noodzakelijk om uiterlijk bij 37 weken zwangerschap een verhoogd bed aanwezig te hebben. De hoogte van het bed moet 80 cm zijn, gerekend van de grond tot aan de bovenkant van het matras. Verhogen kan door middel van het lenen van bijvoorbeeld bedklossen. Indien je moeite hebt met het in en uit stappen in bed kunt u gebruik maken van een trapje of omgekeerd kratje.
• De aankleedtafel is minimaal 90 cm hoog en voldoende diep.
• Het badje is voldoende hoog geplaatst om rechtopstaand te kunnen wassen.
• Er is stromend water op de verdieping waar moeder en kind verzorgd worden.
• De werkomgeving is veilig. Zowel m.b.t. het huis zelf (denk aan trapleuningen) als bij de aanwezige elektrische apparaten. Op deze manier kan de kraamverzorgende veilig en goed werken bij het verlenen van de kraamzorg en loopt zij geen onnodig risico met het bijvoorbeeld naar beneden lopen met jullie kindje op de arm.
• Er zijn voldoende schoonmaakmiddelen en materialen aanwezig voor alle hygiënetaken in het huishouden.
• De kraamverzorgende heeft recht op een rookvrije werkplek
• De kraamverzorgende moet op goed schoeisel haar werkzaamheden uit kunnen voeren, eventueel kan zij aparte binnenschoenen mee nemen, wanneer dit vooraf bekend is bij Mediplan Kraamzorg.
• Kraamverzorgenden zijn niet opgeleid en bevoegd tot het verstrekken van medicatie aan de cliënt. Gedurende de gehele kraamperiode valt het voorschrijven en/of gebruik van medicatie door de cliënt, onder verantwoordelijkheid van de verloskundige.